Van herenfiets naar damesfiets

Lang geleden (1960) fietste ik op een tweedehandsje, net als veel andere kinderen. Sommige kinderen hadden een iets te grote fiets maar dat werd opgelost door aan de trappers twee klosjes hout te bevestigen. Probleem voor die kinderen bleef dat ze niet met hun voeten aan de grond konden komen. Voor hen was fietsen vooral balanceren. De fiets is al meer dan 150 jaar een symbool van vrijheid. De eerste fietsen, zoals de loopfiets en later de hoge met een immens voorwiel, werden voornamelijk door mannen bereden. Het vereiste een zekere behendigheid en kracht om op die eerste fietsen te komen. Voor vrouwen was het vrijwel onmogelijk om gebruik te maken van deze nieuwe vorm van vervoer. Lange rokken en korsetten waren immers niet handig op zo’n hoge fiets. In zijn algemeenheid vond men dat op een fiets rijden niet voor vrouwen bedoeld was. Rond 1880 veranderde dit beeld met de komst van de fiets met twee wielen. Maar het was opnieuw een fiets bestemd voor heren met een hoge stang tussen zadel en stuur. Daar kon je als vrouw toch niet op fietsen met een wapperende rok?!

De hoge fiets die je als een acrobaat moest beklimmen.

De hoge fiets die je als een acrobaat moest beklimmen.

De geboorte van de damesfiets

De oplossing kwam er in de vorm van het verlaagde frame. Door de bovenbuis schuin of zelfs geheel weg te laten, ontstond er een model met lage instap: de damesfiets. Dit ontwerp maakte het mogelijk om met een rok of jurk toch comfortabel en veilig op de fiets te stappen. De damesfiets betekende een doorbraak. Voor het eerst konden vrouwen zich zelfstandig en relatief snel verplaatsen zonder afhankelijk te zijn van paard en wagen of van mannelijke begeleiding. Probleem was echter nog altijd dat door het opwaaien van de rok, de tegenligger een bijzonder uitzicht had op de onderrok/onderbroek van de vrouw. Een broek zou uitkomst kunnen bieden maar een vrouw in een broek? Nou ja zeg…..

Nederland en Denemarken

Het herenmodel was sterker omdat de horizontale bovenbuis zorgde voor een stevige driehoekconstructie. De damesfiets had vaak een extra gebogen buis of verstevigingsstangen om de verminderde stabiliteit te compenseren. Met de opkomst van massaproductie in de twintigste eeuw werd de damesfiets net zo wijdverspreid als het herenmodel. Vooral in fietslanden als Nederland en Denemarken groeide de damesfiets uit tot hét vervoermiddel bij uitstek.

Minirok

In de jaren zestig van de vorige eeuw, kwam de rok bij de meisjes en dames steeds hoger boven de knie: de minirok. Fietsen werd daardoor niet altijd even gemakkelijk. Dochters van 'Jan Wijdbeens' konden beter een spijkerbroek dragen als ze naar bijvoorbeeld school of kantoor fietsten. Kijk om je heen en zie dat de meeste fietsers anno 2025 een broek dragen zodra ze op de fiets stappen. Vandaag de dag is het onderscheid tussen heren- en damesfietsen minder strikt dan ooit. Veel fabrikanten spreken liever over 'fietsen met hoge instap' en 'fietsen met lage instap'. Ook mannen kiezen regelmatig voor een lage instapfiets, zeker in de stad, omdat opstappen eenvoudiger is, bijvoorbeeld met volle fietstassen of kinderzitjes. Tegelijkertijd zijn er sportieve damesfietsen met een hoge stang, bedoeld voor wielrennen of mountainbiken, waarbij stabiliteit en kracht vooropstaan.