Teruggaan naar de school waar je vroeger op hebt gezeten, kan iets vervelends en iets geruststellend hebben, want je bent weer één van je eigen herinneringen geworden. Deze gedachten kwamen bij mij op toen ik langs mijn oude school fietste.
We moesten ons altijd melden bij de directeur, als we vervelend waren geweest. Na een lange preek, kreeg je dan strafwerk.
Meestal moest je dan 750 keer dezelfde zin schrijven: 'Ik moet leren mij volwassenen te gedragen'.
Op het moment dat we er achter kwamen dat de strafregels altijd hetzelfde waren, schreven we van te voren een aantal vellen met diezelfde zin.
Toen ik weer eens een streek had uitgehaald, moest ik de bewuste zin weer 750 keer opschrijven. Ik pakte meteen mijn schooltas, haalde de geschreven vellen eruit en gaf deze aan de directeur en zei; "Heeft u terug van duizend regels?" De directeur schoot in de lach, hij kon de opmerking blijkbaar wel waarderen en knipte er 250 regels vanaf. Daarna heeft hij zijn strafregels wel meer gevarieerd.
De directeur gaf ook filosofie, daarin was hij heel bedreven. Zo kwam hij een keer het leslokaal binnen en zette zijn stoel op zijn lessenaar.
Vervolgens schreef hij op het bord: 'Toon aan dat deze stoel niet bestaat'. Dat moesten we schriftelijk omschrijven en kregen daar een kwartier voor.
Na vijf minuten liep mijn klasgenoot Klaas naar voren en legde zijn omschrijving op zijn kop op de lessenaar van de directeur.
"De tijd is nog niet om", zei de directeur. "Dat weet ik", antwoordde Klaas. "Maar ik vind het goed zo." De directeur draaide het vel om en schoot in de lach om wat Klaas het opgeschreven. Weet je wat Klaas had opgeschreven. 'Welke stoel bedoelde u?'
Uiteindelijk kreeg hij een 8 en ik moest het met een magere 6 doen. Ik had beschreven dat de stoel eigenlijk bestond uit atomen en moleculen.
Na het eerste jaar kwam daar het vak economie bij. Met het gevolg dat ik weer naar de boekwinkel moest om een aantal studieboeken te kopen.
Dat was in die tijd best wel een dure grap, ze kosten toen 98 gulden. Ik vroeg aan de verkoper hoeveel ik terug zou krijgen, als ik de boeken op het einde van het studie jaar weer ongeschonden zou inleveren. De verkoper zei: "Dan krijgt u 45 gulden terug". "Ik vind dat prijsverschil wel erg groot", antwoordde ik hem, terwijl ik mijn portemonnee uit mijn zak haalde. "Ja ik ben het met u eens", zei de verkoper. "Maar als ik eerlijk moet zijn, ‘ik heb mij altijd afgevraagd waarom iemand die 'economie' studeert 98 gulden aan boeken uitgeeft en deze dan terug verkoopt voor 45 gulden. Eigenlijk hoort hij dan bij voorbaat voor het vak economie te zakken", zei de verkoper met een lach.
Jules Faber