Flessenhals

In 1964 gingen we op schoolreisje naar Den Haag, ik was elf jaar. Maanden hadden we gespaard voor deze dag. De meester had ons verteld dat de kans groot was dat we later thuis zouden komen vanwege files. De beste man had veel tijd nodig om ons uit te leggen wat een file was. Want wie had daar bij ons in de klas ooit over gehoord? De meester sprak over knooppunt Oudenrijn bij Utrecht, hij lanceerde het woord flessenhals terwijl hij een tekening op het schoolbord maakte. Een file……….dat wilden we graag meemaken.

Dubbeltje

Den Haag. Madurodam. Wat een gezellig stadje was dat. Op diverse plaatsen kon je een dubbeltje in een gleufje laten glijden waarna een draaimolen begon te spelen, de wieken van een molen in beweging kwamen of autootjes gingen rijden. Al snel had iemand van ons in de gaten dat je al die mini-dingetjes ook zonder een dubbeltje op gang kon krijgen. Op de buik liggen, je mond over de uitsparing waar het geld in moest en dan heel hard blazen. Dat stiekeme gedoe, dat illegale gebeuren, was het mooiste van heel Madurodam.

Strand

Vervolgens op naar Scheveningen waar ik, en velen met mij, voor het eerst de zee zag. Wat een ontzettend grote plas water. Met de hele klas de pier op, de botsautootjes in, boven het zeewater lopen: wat een sensatie, wat een topdag, wat een sfeer. Maar het allermooiste moest nog komen, de file. Op de snelweg richting Utrecht reden Kevers, DKW’s, lelijke eendjes en Opels. De Rijkspolitie was de baas over dat soort wegen in hun snelle Porsches. De mannen reden met hoge snelheid in open auto’s en waren zomer en winter gekleed in dikke witte leren jassen compleet met helm. Tanken kon je onderweg natuurlijk ook maar dat waren in die tijd nog geen halve restaurants met hippe koffie en verse maaltijden. In tankstations kocht je in die tijd een reservelamp, een sleepkabel, motorolie of bougies. Niemand had een TomTom aan boord en wie onderweg stil viel, werd geholpen door de Wegenwacht die je niet kon bellen maar die over de snelweg een vast traject heen en weer reed. De spanning in de bus steeg want het zou niet meer lang duren of we zouden stilstaan, misschien wel een uur lang. Ik hoopte vurig op een super lange file en dat we deze avond pas om elf uur thuis zouden komen.

Vertraging

Helaas liep het anders. Ondanks dat het bij Oudenrijn drukker was dan ik ooit eerder had gezien, bleef het bij langzaam rijden en heel af en toe eventjes stilstaan. We hadden hooguit een half uurtje vertraging. Misschien was dat voor de meester wel de reden om een eindje voorbij het knooppunt de chauffeur te laten stoppen op een parkeerplaats. We mochten allemaal even de bus uit om een plasje te doen. De meisjes renden de bosjes in links van de bus en wij werden naar rechts gestuurd. Zedigheid was toen nog heel gewoon. Eenmaal terug in de bus zongen we 'En we gaan nog niet naar huis, nog lange niet, nog lange niet'. Terug bij school stond er niet één ouder ons op te wachten; daar waren we toch ook veel te groot voor? Wel weet ik nog dat ik heel langzaam naar huis ben gelopen en vol opwinding thuis vertelde dat Madurodam heel leuk was, dat de pier prachtig was en dat we ook in een echte file hadden gestaan.