Als er een verkiezing zou worden georganiseerd voor de 'Slechtste serveerster van het jaar', dan zou ik een goede kandidaat weten. Zij werkt sinds kort in het favoriete restaurant van mijn tante. Daar hadden we mijn tante voor een etentje mee naartoe genomen. Ik had al het één en ander gehoord over de serveerster, maar ondanks dat ik haar het voordeel van de twijfel had gegeven, zou ze inderdaad een goede kandidate kunnen zijn voor de verkiezing van de slechtste serveerster van het jaar. Ze bleek namelijk instaat om werkelijk alle bestellingen door elkaar te halen.Mijn tante bestelde een varkenshaasje en ze kreeg een hele grote biefstuk, groter dan de doorsnee biefstuk die ze doorgaans serveren. Deze bleek bij navraag voor de gasten van het tafeltje bij het raam te zijn. Even kwam de vraag bij mij naar boven of de gasten die aan een tafeltje bij het raam zitten bewust een grotere biefstuk krijgen, zodat de mensen die buiten langslopen, kunnen zien hoe geweldig het restaurant is.
Maar om even terug te komen bij de serveerster; ik had boontjes besteld en ik kreeg erwten bij mijn rollade geserveerd. En zo ging het maar door. Ik begrijp ook wel dat het moeilijk is om aan goed personeel te komen, maar dit kan echt niet. Aan het eind van de maaltijd vroeg de serveerster of iemand nog een dessert wilde hebben. Mijn tante keek de serveerster aan en zei tegen haar: "Wat moet ik bij je bestellen om een kwarktaartpunt te krijgen?"
Inmiddels was in het restaurant mijn blik gevallen op een jong stel die naast ons aan een tafeltje zaten. Ze hadden allebei soep besteld, maar er was blijkbaar iets mis met de soep van de jonge vrouw. Want ze zat alleen maar met haar lepel in de soep te roeren en nam er geen hap van en liet de soep aan haar vriend zien. Die bestudeerde de ingrediënten van de soep nauwkeurig en knikte daarna nee, met zijn hoofd. Hij riep de serveerster, die net het kwarktaartpuntje bij mijn tante neerzette. "Geniet ervan", zei ze tegen mijn tante en liep daarna naar het jonge stel toe. Ze wierp een blik in de soep en liep daarna haastig weg, zonder het bord soep mee te nemen, richting keuken. Even later kwam ze terug met in haar hand een rietje, die gaf ze aan de jonge vrouw. Toen we de toetjes op hadden en ik de serveerster riep om de rekening, kon ik mijn nieuwsgierigheid niet langer bedwingen en ik zei tegen haar: "'Dat zie je niet vaak dat iemand zijn bord leegzuigt met een rietje." Met een glimlach op haar wangen zei ze: "Nee, dat klop, maar wat moet je anders als je contactlens in je soep is gevallen."
Jules Faber